Donderdag 9 maart
Het gaat goed met mij!!!!! en daar is geen woord van gelogen.
Mijn omgeving ziet me toch vaak als iemand met wie iets aan de hand is. En ik begrijp dat wel, want geregeld ben ikzelf ook ‘omgeving van iemand anders.’ Maar de vraag: “Gaat het naar omstandigheden goed?”, impliceert dat er iets aan de hand is… en ja, er zit iets in mijn hoofd, maar het gaat goed met mij.
Een leeftijdgenoot kreeg een paar jaar geleden ongeveer tegelijk met mij de diagnose kanker. Na de diagnose werd hij behandeld en op een bepaald moment leek de kanker weg. De enkele keer dat we elkaar op straat tegenkwamen hadden we het er even over dat we zo’n geluk hadden gehad. Het ging goed met ons. Een paar weken geleden hoorde ik dat hij slechte berichten had gekregen over zijn gezondheid. Van dit bericht schrok ik erg en het greep me aan. Op zo’n moment gaat het dan even niet zo goed met mij.
Afgelopen dinsdag moest er weer een MRI-scan gemaakt worden van mijn hoofd, in Krefeld. Ik roep altijd dat ik niet bang ben voor de uitslag en dat meen ik serieus.
Toch gebeurt er van alles in mij, zodra het moment van scannen dichterbij komt. Zo kon ik maandagavond na het werk buitenproportioneel zeuren over de pasta die Jan had klaargemaakt. Het smaakte prima, maar er zat geen pesto in. Dat was ook niet de bedoeling van Jan, maar ik had het wel verwacht. Ik kreeg er tranen van in mijn ogen.
Achteraf besefte ik dat ik baalde, niet zozeer van het gemis van de pesto, maar omdat ik morgen weer patiënt zou zijn. En dat haat ik.
De rest van de avond voelde ik me droopy en ik was blij dat ik op een gegeven moment diep weg kon kruipen onder mijn dekbed. Ik voelde me net een klein stampvoetend kind. Diep in me klonk steeds het zinnetje: “Ik wil niet….”
’s Morgens tijdens het douchen denk ik vaak even na over welke kleding ik straks zal aantrekken. Op deze dinsdagmorgen herinnerde ik me een uitspraak van mijn overbuurvrouw toen ik werd opgenomen in het VUmc. Ze zei: “Tjonge, u ziet er zo gezond uit.”
Ik herpakte mijzelf. Wat had ik aan op die bewuste dag? Een rokje, met daaronder laarzen met een hakje. Die truc doen we nog een keer en ik trek een rokje aan, met daaronder een kort laarsje met een hakje.
“Sorry, lieve voeten van mij, ik weet dat jullie liever een platte schoen onder je hebben, liefst met een steunzool, maar vandaag wordt het echt even doorbijten, want het vrouwtje wil een gezonde indruk maken…..” (Alsof je daarvoor op hakken moet lopen)
Voordat we naar Duitsland gaan, ben ik ’s morgens aan het werk en als ik een patiënt verzoek om even zijn trui uit te doen, zodat ik de bloeddruk kan meten, zegt hij: “Oké, jij bent de baas”
“Op dit moment wel”, zeg ik.
“Vanmiddag liggen de zaken anders, dus ik geniet er even van.”
In Krefeld was al bekend dat ik de radioloog graag zou spreken, na afloop van het onderzoek. Bij ontvangst werd gemeld dat men dit verzoek had doorgegeven aan de beste man, dat hij niets kon beloven, want hij heeft geen reguliere spreekuurtijden, maar dat ik het na het onderzoek nog maar even moest melden aan de balie. Dan zou de radioloog worden opgeroepen en zou worden gekeken of hij even tijd had voor “Frau Goederiaan”. Gelukkig, er wordt erg meegedacht met mijn wensen.
Toen was het mijn beurt om de trui even uit te doen, omdat er een infuusnaald in mijn arm geprikt ging worden. De zuster begon uit te leggen waar het voor was. Ik meldde dat ik al meer dan tien keer door de scan geweest was, dus dat ik het klappen van de zweep wel kende.
Sinds kort doe ik een cursus Mindfulness en daar horen meditatieoefeningen bij. Eén daarvan heet de bodyscan. Ik kreeg een strak plan en nam de regie over mezelf, terwijl men mij in de MRI-scan schoof. Als de deskundigen nu eens de MRI-scan van mijn hoofd maakten, dan zou ik ondertussen mijn eigen bodyscan doen. Zo gezegd, zo gedaan en yep, het werkte. Geen akelige, bezorgde gedachten, maar mijn aandacht was gefocust op iets anders… totdat ik in slaap viel.
Door de microfoon hoor ik zeggen dat er nu contrastmiddel wordt ingespoten. Teven de vraag of het goed gaat. “Jawohl, aber ich was in slaap gevallen.” Na afloop word ik een “profi” genoemd, omdat er al zo vaak een scan van mijn hoofd is gemaakt. Of ik daar nu blij van moet worden…
Zodra ik van de behandeltafel afstap, herinner ik de zuster aan het verzoek om de radioloog te spreken. Het lukt en terwijl de infuusnaald nog in mijn arm zit, worden we uitgenodigd om de plaatjes op het scherm van de radioloog te bekijken. Hij is dik tevreden en wij ook. De tumor is stabiel en we zien slechts een klein stukje ‘fout’ weefsel, zeker als het wordt vergeleken met de scan van toen we aan het begin van het ziekteproces stonden. Dit wilden we zo graag even met eigen ogen zien.
Dank voor het meedenken en behulpzaam zijn, Krefeld!!!!
Ik was wel weer klaar met het medische gedoe en verzoek Jan om de infuusnaald even te verwijderen uit mijn arm. Dan hoeven we geen zuster te zoeken. We zijn per slot van rekening zelfredzaam.
‘Gezond en wel’ stappen we in de auto, op weg naar huis.
Voor de komende tijd staan er een aantal leuke dingen op het programma en als dat allemaal voorbij is komen we wel weer eens terug naar Krefeld.