Woensdag 9 januari
Vlak voor de kerst besloot ik dat ik toch écht nog even naar de kapper moest. (Waar komt die drang toch vandaan?)
Vanwege de korte termijnplanning kwam ik onder het mes bij een mij onbekend, jong meisje.
“Mevrouw, heeft u ooit een scherp voorwerp tegen uw hoofd had gehad, want er zit een putje in uw schedel?”
Ik leg iets uit over een hersenbiopt en een tumor, maar om de schrik te verzachten leg ik veel nadruk op het feit dat het zo goed gaat.
Meisjelief meent dat ze de vraag niet had mogen stellen en voelt zich ongemakkelijk. Dat vind ik vervolgens ook weer ongemakkelijk.
Als een kapster iets vreemd op de behaarde hoofdhuid van iemand ziet, moet ze daarnaar kunnen vragen, ook al is het antwoord niet wat je verwacht of niet waar je óp wacht.
Het nieuwe jaar is van start gegaan, maar ik heb tot nog toe niet echt meegedaan. En ik had er zo’n zin in. De belangrijkste reden van ‘het zin hebben in’ was dat ik erg opzag tegen de feestdagen zonder moeder, dus hoe eerder dat voorbij was, hoe beter het voor mij zou zijn.
En ja, het was inderdaad lastig met kerst. Maar als ik ’s avonds tijdens het kerstdiner aan een lange tafel om me heen kijk, met daaraan iedereen die me lief is (minus die ene), dan voel ik me toch rijk. Die ene staat overigens wel aan het begin van dit gezin in deze vorm, merkte een wijze vriendin terecht op. Dus indirect was ze er toch bij.
Op tweede kerstdag vertrek ik naar Frankrijk, voor wat ontspanning en om wat afstand te nemen val alles hier. Mijn hoofd is weliswaar wat snotterig, maar met wat paracetamol zal dat wel goed komen, dacht ik.
Niet dus. Helaas heb nauwelijks gedaan waar ik zo’n zin in had, maar voornamelijk gelegen op en onder de vele kussentjes en fleece-dekentjes die ons vakantiehuisje rijk was.
Op 1 januari ging ik gestrekt op de achterbank naar huis, met het gevoel van… ’daar gaan we weer’. Vorig jaar ging het namelijk op dezelfde manier.
Mijn Hb was weer erg aan de lage kant, dus ik voelde me behoorlijk naar.
Gisteren heb ik bloedtransfusie gehad, en met dank aan alle donoren kan ik nu weer gaan opknappen.
2019: ik kom eraan, weliswaar iets later dan gepland.
Iedereen wens ik een goed en vooral gezond 2019.